Geachte mevrouw, mijnheer,
De jongste jaren was er in de Oostendse regio een forse
toename van het aantal vliegtuigbewegingen met kleine
toestellen en helikopters. Het betreft meestal
recreatie-, toeristisme- en/of trainingsvluchten op lage
hoogte. Los van het aantal toestellen dat zich niet
aanmeldde (helikopters blijkbaar) werden er in 2005 door
Belgocontrol zo’n 50.000 geteld. In 2010 was dit aantal
opgelopen tot zo’n 60.000, een stijging met 20% in 5
jaar tijd.
Dit heeft voor de omwonenden van de Oostendse luchthaven
gevolgen op gebied van lawaai en op het risico van
ongevallen.
Op 11 maart ’11, omstreeks 14u30, vloog een helikopter
(registratie OO-PTA) in een Bredense woonwijk tegen een
hoogspanningsleiding aan. De noodlanding liep gelukkig
goed af maar had ook totaal anders kunnen uitdraaien,
niet alleen voor de piloot van het zwaar beschadigde
toestel, maar ook voor zijn medepassagiers en de mensen
in woonwijk. Het toestel vloog duidelijk te laag en op
een locatie waar hij helemaal niet mocht zijn, namelijk
midden stedelijke woonzones. Volgens een persartikel zei
de piloot achteraf: “we verveelden ons wat… we maakten
een uitstapje” en “en passant” vlogen we eventjes boven
een woonwijk, waarbij ik eventjes verblind werd. Volgens
hem betrof de ophef in de buurt “veel herrie om niets”!
Bovenstaand zwaar incident is helaas niet alleenstaand.
De laatste jaren hebben zich met lichte toestellen heel
wat, ook dodelijke, ongevallen voorgedaan boven België
of omgeving.
Als omwonenden van de luchthaven van Oostende gunnen wij
iedereen zijn hobby, maar met onnodig vliegverkeer boven
onze hoofden kunnen we helemaal niet akkoord gaan. Niet
alleen heb we te maken met toenemend lawaaihinder en
schending van de privacy, maar ook onze veiligheid komt
hierdoor (onnodig) in gevaar. Wij hebben de
Staatsecretaris voor Mobiliteit, de heer Etienne
Schouppe, dan ook gevraagd dringend werk te maken van:
- strengere regels voor helikopters
(aanmelden bij de verkeerstoren, vlieghoogtes enz…)
- algemene “no fly zones” boven de woonwijken
- “Landing en Take Of” routes, zoveel mogelijk weg van
de woonwijken (zeker in Oostende),
- strengere controles
- en “last but not least” een betere
opleiding van aspirant-piloten, waarbij ook aandacht
voor het vermijden
van lawaai en overlast boven woon- en natuurgebieden op
het programma staat.
Toenemend verkeer met kleine toestellen betekent ook
meer lawaaioverlast. Het is WILOO onbegrijpelijk dat
kleine luchtvaarttoestellen, met de huidige stand van de
techniek, nog zoveel lawaai (mogen) produceren. Veel
steden verbieden bijv. quad-motorrijwielen, en die maken
minder lawaai maken dan sommige GA-luchtvaarttoestellen.
Bovendien stoort een overvliegend GA-toestel een hele
wijk of stad, in tegenstelling met bijv. quads of andere
motorrijwielen of gewone auto’s (met eenzelfde
motorvermogen), die slechts één straat storen! Vergelijk
het lawaainiveau van een klein vliegtuigje zoals de zeer
lawaaierige “Piper PA-28-161 Warrior III” ( 4
zitplaatsen), met Lycoming O-320-D3G motor van 119 kW en
een auto zoals de BMW 5 520d van 120 kW. Het verschil is
enorm en ontoelaatbaar voor deze tijd.
Wij hebben de staatssecretaris bijkomend gevraagd
vragen om tevens dringend werk te maken van sterk
gedifferentieerde licentietaksen in functie van het
geproduceerde lawaai per eenheid maximaal totaal gewicht
bij opstijgen, alsook de meest lawaaierige
toestellen/motoren gewoon te verbieden, of minstens
te verbieden voor trainingsvluchten boven stedelijk
gebied (vooral tijdens de weekends).
Met betrekking tot bovenstaande onderwerpen wil WILOO
zich ook richten tot het Europees agentschap voor de
veiligheid van de luchtvaart (EASA) over de verschillen
in regelgeving tussen landen, en tot de Vlaamse Overheid
voor specifiek strengere geluidsregels voor de
luchthaven van Oostende.