Lijst ongevallen met Ostend Airport bezoekende vliegtuigen
23-09-2009
Half maart 1997 werd om
10.00 uur ’s avonds een metalen staaf aangetroffen in een turbine van een
Boeing 707, geregistreerd EL-JNS (1),
van Sky Air Cargo. Een catastrofe werd nipt vermeden. Het vol vracht
geladen toestel zou enkele minuten later vertrekken naar Ethiopië. Sky Air
spreekt van een sabotage-daad en klaagt aan dat de veiligheidsmaatregelen
op de luchthaven Oostende veel te wensen overlaten. De stelling van Sky
Air wordt door de lucht-havenautoriteiten met klem tegengesproken. Sky Air
is inmiddels niet meer actief op Ostend Airport, sinds einde 1997 bekend
werd dat het 34 jaar oude toestel in oktober 1996 vanuit Bulgarije een
aantal Kalashnikovs had overgevlogen naar Rwanda, waar toen een VN-embargo
gold.
Op 16 januari 1997 ging
het verkeerd met een oude Boeing 707 van First International Airlines,
toen het landde op Kananga Airport in het toenmalige Zaïre. Het onderstel
begaf, zodat het toestel buiten de landingsbaan terecht kwam en vuur
vatte. In dezelfde maand van de crash had het toestel nog een vlucht op
Oostende uitgevoerd. Met dit toestel P4-OOO (2)
en 3 andere oude Boeings 707 opereerde First International geregeld op
onze luchthaven tot in 1999.
Een Boeing 707,
geregistreerd YA-GAF (3),
met het opschrift “Uganda Airline” staat sinds 1997 te rotten op Ostend
Airport. Ondervraagd over het toestel, verklaarde in juni 1997 de toen
bevoegde minister Daerden, dat het toestel door het gerecht in beslag
genomen werd. Het toestel behoort sinds 1996 toe aan de firma Balkh Air
van de Britse piloot Christopher Barret-Jolley. Dat was de piloot die in
opdracht van het tot 1998 op Ostend Airport gevestigde maatschappij
Occidental Airlines 40 ton militaire benodigdheden poogde over te vliegen
naar de rebellenbeweging Unita in Angola. Met een andere Boeing 707,
geregistreerd 5B-DAZ (10),
die in 1997 nog 28 vluchten op Oostende uitvoerde, vloog de Britse piloot
geregeld munitie over van het Slovaakse Bratislava naar het door oorlog
geteisterde Sudan. Het toestel 5B-DAZ crashte op 7 februari 1999 op de
luchthaven van Bratislava. Tegen Occidental Airlines, waarvan de Belgische
eigenaar Ronald Rossignol is ondergedoken en nog steeds spoorloos is, werd
door het parket van Brugge een gerechtelijk onderzoek geopend. Onlangs op
18 october 2001 werd de Brit Barret-Jolley in Engeland opgepakt, toen hij
op Southend Airport cocaïne poogde binnen te smokkelen.
Op 17 juni 1997 raakte
dezelfde Boeing 707, 5B-DAZ (10),
nog bij het opstijgen enkele verlichtingspalen op de luchthaven. De piloot
werd gewaarschuwd dat het toestel vermoedelijk schade had opgelopen aan
zijn landingsgestel. Volgens zijn vluchtplan zou hij de dag daarop naar
Oostende terugkeren, maar men heeft hem niet meer gezien.
Op 1 november 1997 was
bij landing in Kinshasa het neuswiel van de Boeing 707, geregistreerd
9Q-CKK, niet kunnen uitschuiven. Het toestel bleek na de neuslanding
onherstelbaar. Het behoorde toe aan Zaïre Express, dat inmiddels tot Hewa
Bora Airways werd herschapen. Het vliegtuig had juist voordien een 10-tal
vluchten op Oostende uitgevoerd.
Wegens technische
problemen moest op 4 februari 1998 een Antonov-12 van Air Sofia,
geregistreerd LZ-SFG (4),
terugkeren naar de luchthaven op de Azoren, vanwaar het juist was
opgestegen. Echter haalde het toestel de luchthaven niet en crashte op een
heuvel, waarbij de 7 bemanningsleden omkwamen. In het jaar vóór de crash
voerde het vliegtuig 7 vluchten uit op onze luchthaven. Air Sofia bezoekt
nog steeds Oostende met oude Antonovs-12.
Op 13 juli 1998 steeg een
Iljushin-76 op in de Verenigde Arabische Emiraten met bestemming Rusland.
Kort na het opstijgen stortte het vliegtuig in zee. Alle 8 inzittenden
kwamen om. Het toestel, geregistreerd als UR-76424
(5)
vloog voor de Russische maatschappij ATI Aircompany, voerde in 1997 op
Oostende een 10-tal vluchten uit en werd hier ook in 1998 opgemerkt.
Op 24 oktober 1998
slaagde de Tarom-Boeing 707, geregistreerd YR-ABC
(6)
en gecharterd door Kay Aviation, er tot tweemaal toe niet in om op te
stijgen richting Middelkerke. Het toestel kreeg niettemin van de
verkeersleiders toelating om een poging te wagen richting Stene. Bij deze
derde poging slaagde het toestel er toch in op te stijgen, maar kon maar
op het nippertje van de grond loskomen en vloog bijna een drukke
Pecotex-winkel binnen, waar stukken van het plafond naar beneden kwamen.
Op 7 februari 1999, dus
enkele maanden daarna, stijgt hetzelfde toestel in Oostende op voor
rekening van Kay Aviation met bestemming Brazilië. Na een tussenlanding op
de luchthaven van Terceira op de Azoren, dient de Boeing omwille van een
motorprobleem de opstijg-procedure te onderbreken en hoogdringend af te
remmen. Daardoor wordt het landingsgestel beschadigd en zijn acht banden
kapot geklapt. De luchthaven moest aldaar 7 uren sluiten.
Uiteindelijk crasht het toestel op 19 maart 2005 in het Victoriameer,
geregistreerd als 9G-IRL bij Cargo Plus Aviation/Air Charter Express en
uitgeleast aan Ethiopian Airlines.
Op 14 november 1998 moest
een Nigeriaanse Boeing 707, geregistreerd 5N-VRG
(7),
een buiklanding uitvoeren op Ostend Airport. Het toestel, dat voor
rekening van Race Cargo Airlines vloog, was even tevoren opgestegen en was
in volle vlucht één van zijn vier motoren kwijtgeraakt. Onderzoek van het
wrak door het Bestuur der Luchtvaart toonde aan, dat de vleugel bij het
aanhechtingspunt van de afgebroken motor een oude scheur vertoonde.
Daardoor was een bout doormidden gebroken en donderde de 2 ton zware motor
naar beneden. Het vliegtuig werd na de buiklanding ‘total loss” verklaard.
Op 21 januari 1999 stijgt
in de ochtend een DC8 toestel van Liberia World Airlines op met
bestemming Oeganda. Boven Frankrijk laat één van de motoren het afweten.
Omdat LWA haar basis in Oostende heeft, verkoos de piloot weer naar België
terug te keren en op Ostend Airport een noodlanding uit te voeren. LWA
opereerde vanuit Oostende met twee DC8-toestellen. Het laatste bezoek in
Oostende van één van beide vliegtuigen (EL-AJQ) gebeurde in juni 2000. In
augustus werd het toestel één motor ontnomen vermoedelijk voor herstel en
na een verblijf van ongeveer 7 maanden in en rond de AMG-onderhoudsloods
werd het toestel naar Oeganda overgevlogen . Het andere toestel EL-AJO
(8)
heeft, na een afgebroken start op 28 februari 2001 en 7 opdrachten in de
maand maart, zijn activiteiten moeten stopzetten en werd dan na 9 maanden
‘rust’, voorzien van een registratie uit het Afrikaanse minilandje
Equatoriaal Guinea 3C-FNK (9)
en doorverkocht aan Cargo Plus Aviation, die opereert vanuit Sharjah.
Op 7 februari crashte de
Boeing 707, 5B-DAZ (10),
in het Slovaakse Bratislava (zie hoger).
Op 26 juli 1999 stortte
een Iljushin-76 in vlammen neer, nadat het in Siberië een tussenlanding
had gemaakt en wellicht door overgewicht bij het opstijgen niet genoeg
hoogte kon halen. Het toestel bezocht Oostende sinds 1995, geregistreerd
als RA-76819 (11).
In 1997 landde het hier met een tijdelijke registratie ES-NIT voor
rekening van de maatschappij Enimex. Op het ogenblik van de crash was het
eigendom van het Russische Elf Air.
Op 14 augustus 1999
landde een Boeing 707 van Trans Arabian Air Transport op de luchthaven van
Juba in Zuid-Soedan. Het toestel remde echter niet genoeg af, kwam 150
meter voorbij de landingsbaan terecht en liep daarbij onherstelbare schade op. Op het ogenblik van de crash was het geregistreerd als ST-ANP
(12).
Voordien had het voor dezelfde maatschappij en geregistreerd als 5X-ARJ in
1997 op Oostende 17 vluchten uitgevoerd en werd het ook in 1998 hier
opgemerkt.
Op 16 oktober 1999 crasht
het DC8-toestel , geregistreerd 9G-REM (13),
van een Ghanees-Britse maatschappij tijdens de landing op de luchthaven
van Kinshasa, na een tussenlanding te hebben gemaakt in Tunis. Het toestel
was kort voor middernacht opgestegen op de luchthaven Oostende in opdracht
van MK Airlines (13a). Sedert 5
augustus had het toestel twee volle maanden werkloos gestaan op zijn Oostendse thuisbasis, in de nabijheid en soms binnenin de onderhoudsloods
van Airline Management Group (AMG). Op 4 oktober ondernam het vliegtuig
zijn voorlaatste opdracht met bestemming Johannesburg. Na terug de
onderhoudsloods te hebben vervoegd, steeg het toestel ’s nachts op voor
zijn allerlaatste vlucht. De Ghanees-Britse maatschappij had toen nog één
zustertoestel staan, geregistreerd 9G-BAN. In de laatste 3 maanden vóór de
crash van 9G-REM heeft het zustertoestel slechts 3 opdrachten uitgevoerd,
waarvan twee met een vracht Nederlandse koeien bestemd voor Saoudi-Arabië.
Daarna voerde het nog 7 opdrachten uit, om dan sinds 1 januari 2000 op de
Oostendse luchthaven aan de grond te blijven staan vaak bij de AMG-loods.
Op 30 april 2000 crasht
een DC10, geregistreerd N800WR, van DAS Air Cargo. Het toestel, geladen
met 50 ton vracht, belandt naast de startbaan van de luchthaven Entebbe in
Oeganda en plonst in het nabijgelegen Victoria-meer. In de 3 eerste
maanden van 2000 vloog DAS Air Cargo nog met 2 oude Boeing’s 707 op
Oostende, geregistreerd 5X-JEF (14)
en 5N-ARQ. Beide vliegtuigen kregen toen aanvliegverbod opgelegd door
minister Durant. Twee andere Boeing’s 707 van Das Air, geregistreerd
5X-DAR en 5X-JON crashten voorheen respectie-velijk in november 1992 in
Nigeria en in juni 1996 in Mali. 5X-JON (15)
was een regelmatige bezoeker van onze luchthaven.
In het rapport van 1999
van de Nederlandse Rijksluchtvaartdienst (RLD) wordt DAS Air vermeld
wegens belangrijke veiligheidsovertredingen en is daarom niet meer welkom
op Schiphol. Dat is de reden waarom sedert half mei 2001 DAS Air, met een
gemiddelde van 4 vluchten per week, nu op Oostende vliegt met vier
DC10-toestellen van hetzelfde type als het toestel, dat in het
Victoria-meer neerstortte. Een recent VN-rapport meldt, dat een aantal van
deze vluchten het zeer controversiële coltanerts transporteerden.
Op 15 augustus 2000 wordt
de Boeing 707, geregistreerd SU-PBB (16),
van Air Memphis aan de ketting gelegd wegens te grote onveiligheid. Er
werden belangrijke technische gebreken vastgesteld. Ook was het
onderhoudsboekje al een hele tijd niet meer ingevuld. Alle vliegrechten
boven ons land werden onmiddellijk ingetrokken. Het toestel had reeds bij
ons een slechte reputatie verworven, toen het op 27 november 1997 op
Oostende een spectaculaire buiklanding moest uitvoeren.
Air Memphis is overigens
niet aan zijn eerste ongeluks-story toe. Het zustertoestel SU-PBA
(17)
werd na een tijd lang aan de ketting te hebben gelegen op Schiphol, terug
in dienst genomen door Air Memphis. De nieuwe levensloop na het vertrek
uit Schiphol duurde echter slechts tot 10 maart 1998. Toen crashte het
zustertoestel in Kenya, nadat het bij het opstijgen op de luchthaven van
Mombasa de aanvliegverlichtingspalen had geraakt. Het botste daarna op een
heuvel, stortte neer en brandde uit, waarbij de 6 bemanningsleden
omkwamen. Vóór de crash had het vliegtuig in 1997 op Oostende nog 9
vluchten uitgevoerd.
Op 18 april 2001 moest de
Iljushin, geregistreerd UR-78821 (18)
en het enige toestel in het bezit van de Ukraïnse maatschappij Dart
Airlines, plots de startprocedure afbreken en alle remmen bijzetten om
niet in het winkelcentrum aan het einde van de startbaan te belanden. De
piloot had oververhitting van een motor opgemerkt en had daarom besloten
zijn opstijgmaneuver te onderbreken, om dan op een tiental meter van een
boerderij tot stilstand te komen. Het toestel is o.m. aan romp en vleugel
zwaar beschadigd en staat nog steeds op de luchthaven te verkommeren.
Inmiddels is er twist ontstaan tussen de luchthaven van Oostende en Dart
Airlines over het lot en de eindbestemming van het gecrashte vliegtuig en
over de vergoeding van de door de luchthaven opgehoeste bergingskosten.
Op 27 juni 2001 is de
Boeing 747, geregistreerd ZS-OOS (19),
van Hydro Air genoodzaakt zijn start op Ostend Airport te onderbreken.
Zoals blijkt uit de beelden genomen met een digitaal camera van een
toevallig aanwezige toeschouwer, moest de start plots worden afgebroken,
nadat motor 3 in brand vloog. De Oostendse luchtvaartdirectie kwam amper
10 uren na het incident tot de conclusie dat de oorzaak van het incident
een birdstrike was, waarbij een meeuw in de motor 3 belandde. Aan de
parlementaire luchthavencommissie wordt echter een grondig onderzoek
aangevraagd en kort daarop door minister Stevaert toegezegd. Er wordt
namelijk betwijfeld, dat zo kort na het voorval meteen conclusies over de
oorzaak kunnen worden getrokken en er wordt geen genoegen genomen met de
expertise i.v.m. birdstrikes van de technieker van Gab Robins Aviation Ltd,
die de motor na het voorval heeft geïnspecteerd en op wiens bevindingen de
luchthavendirectie zich in zijn conclusies baseert.
Het vliegtuig stortte op 29 november 2003 neer, toen de piloot zijn
toestel op de luchthaven van Lagos, Nigeria, om onbekende redenen wilde
neerzetten op een landingsbaan, die wegens herasfalteringswerken gesloten
bleek.
Op 14 juli 2001 stort
nabij Moskou een Iljushin neer, geregistreerd RA-76588. De 10-koppige
bemanning van het vliegtuig kwam hierbij om. Het toestel maakt deel uit
van de vloot van 7 Iljushins van de Russische maatschappij Russ Air
Transport Company. Het gecrashte toestel en drie andere van de bewuste
vloot bezochten in 2000 met regelmaat onze luchthaven.
Op 7 september 2001
maakte een oude Boeing 707 in Lubumbashi in Kongo een al te harde landing,
waarbij het onderstel doorzakte en 2 van zijn vier motoren losscheurden.
Het toestel behoorde toe aan Equaflight Service, een maatschappij
gevestigd in Congo-Brazzaville en was geregistreerd TN-AGO
(20).
Met deze registratie had het een laatste landing op onze luchthaven
gemaakt in november 2000. Voorheen, in 1997, was het toestel ook al een
6-tal keer in Oostende op bezoek geweest met een andere registratie,
EL-RDS en toen behoorde het toe aan Air Cess, de vliegtuigmaatschappij van
de Russische wapentrafikant Victor Bout.
Op 27 november 2001 stort
bij het landen op de luchthaven van Port Harcourt in Nigeria de Boeing 747
neer van de Ghanese maatschappij MK Airlines. Het vliegtuig, geregistreerd
9G-MKI (21),
was opgestegen in Luxemburg. Eén van de 13 bemanningsleden overleefde de
crash niet. MK Airlines vloog met dit toestel en vliegt nog steeds met 5
DC8-toestellen, 30 jaar of ouder, op onze luchthaven. Een zelfde
DC8-toestel van MK Airlines (9G-MKB) stortte neer op 15 februari 1992 in
Kano, Nigeria. Hetzelfde lot overkwam een ander MK Airlines DC8-toestel
(9G-MKD) op 17 december 1996 in Port Harcourt.
Op 2 februari 2002 stort
in Marokko de Antonov-12 neer, geregistreerd UR-LIP
(22)
en behorend tot de Ukraïnse maatschappij Volare Aviation Enterprise. Het
vliegtuig vertrok vanuit Agadir met bestemming Algiers. De 8
bemanningsleden overleefden de klap niet. Het toestel heeft onze
luchthaven o.m. 15 keer bezocht in de laatste helft van 2001.
Op 7 november 2002 vloog
een Antonov-12, geregistreerd 4K-AZ21 (23),
op Komé in Zuid-Tsjaad, waar nieuwe olievelden worden ontgonnen en
waarheen in 2001 tal van enorme transformatoren van de Franse firma
Schneider Electrics werden overgevlogen vanuit de Oostendse luchthaven.
Het toestel maakte daar echter een doorgeschoten landing en kwam naast de
landingsbaan terecht. Het liep zware schade op en is wellicht
onherstelbaar. Het behoort toe aan de pas in 2002 opgerichte Azerbaijaanse
luchtvaartmaatschappij Silk Way Airlines. De maatschappij doet sinds juli
2002 regelmatig onze luchthaven aan, met drie Antonov-12 toestellen en een
35 jaar oude DC8.
Op 31 december 2002 moest
een Boeing 707, een half uur voordien vertrokken uit Southend,
Zuid-Engeland, een noodlanding uitvoeren op de Oostendse luchthaven. Het
landingsgestel leek niet meer naar behoren te werken. Het toestel,
geregistreerd in de Centraal Afrikaanse Republiek als TL-ADJ
(24),
was – na 5 jaren rust in Southend – aan zijn tweede poging toe om naar
Libië te vliegen. Het mocht niet lukken. Na de noodlanding werd door het
Bestuur der Luchtvaart overigens beslist, het vliegtuig aan de grond te
houden wegens talrijke technische gebreken en ondanks pogingen van de
Noord-Kongolese rebellenleider Jean-Pierre Bemba, om van onze ministeries
van Buitenlandse Zaken en van Mobiliteit en Vervoer de toelating te
bekomen, het toestel toch de lucht in te krijgen. In 1997 was hetzelfde
vliegtuig, geregistreerd 9Q-CBW (25),
een veel geziene bezoeker en maakte in dat jaar vanuit Oostende 106
vluchten voor rekening van Scibe Airlift Congo.
Op 31 januari 2003 steeg
in Oostende de Lockheed 1011, geregistreerd N822DE
(26/27/28),
op met bestemming St Johns Airport, Canada. Boven de Noordzee weigerden 2
van zijn 3 motoren dienst en maakte het vliegtuig een noodlanding op het
nabijgelegen Manston Airport. Het vliegtuig was in mei 2001 in Oostende
geland na een rustperiode van 5 jaar in Tucson, VS. Sinds zijn landing
hier had het toestel niet meer gevlogen, had het drie verschillende
registraties toegewezen gekregen, waarvan een Bulgaarse en eentje uit
Equatoriaal Guinea en was het ook al 3 keer officieel van eigenaar
veranderd. Naar verluidt, was het vliegtuig inmiddels onderhevig geworden
aan corrosie en werd zijn luchtwaardigheid in vraag gesteld. Maar toch
kreeg het toestel de toelating om op te stijgen. Enkele tijd daarna bleek
de luchtwaardigheid inderdaad onvoldoende om de eindbestemming in Canada
te halen.
Op 11 juli 2003 stortte
een Boeing 707 neer op de luchthaven van Dhaka, Bangladesh. Air Memphis
Egypt had pas in 2003 een zustermaatschappij opgestart in Oeganda en
uitgerust met 2 oude Boeings, aangekocht bij Royal Jordanian Airlines.
Meteen ziet Air Memphis Oeganda zijn vloot reeds gehalveerd. Het gecrashte
toestel (29)
is ook op onze luchthaven op bezoek geweest in december 2000 en het
ongeval illustreert eens te meer de onbetrouwbaarheid van Air
Memphis-vliegtuigen.
Toen op 20 november 2003
de Air Memphis’ Boeing 707, SU-AVZ, wilde opstijgen, bleek tijdens de
take-off procedure dat door een technische fout één van de motoren nog
in reverse was ingeschakeld (30).
Het
vliegtuig raasde toen in volle vaart over de startbaan. De
opstijgprocedure werd abrupt afgebroken en een ongeval kon gelukkig tijdig
worden vermeden.
Op 4 maart 2004 crasht
een Iljushin-76 van Azov-Avia Airlines, UR-ZVA, onmiddellijk na een
fuel-stop in het Azerbeidjaanse Baku. Drie van de bemanningsleden komen
om. Het vliegtuig was op onze luchthaven nog op bezoek geweest op 22
september 2003
(31).
Het kwam toen uit het Slovaakse Bratislava en steeg ’s avonds laat op voor
Ghardaia in de Algerijnse Sahara.
Op 2 april 2004 was
vanuit Cairo op de Oostendse luchthaven de aankomst voorzien van de Boeing
707, SU-AVZ, van Air Memphis om 10.34 uur. Het 30 jaar oude vliegtuig was
hier sinds 23 oktober 2003, na een lange afwezigheid, terug een bijna
dagelijkse verschijning (32).
Het toestel kwam echter niet aan en bleek in Cairo niet van de grond te
zijn gekomen. Toen het toestel in volle vaart op de startbaan plots
doorheen zijn hoofdlandingsgestel zakte, kwam het over te hellen en
schuurde het met een van de motoren over de tarmac. Het vliegtuig werd
onherstelbaar verklaard. November vorig jaar was hier met het toestel ook
al iets misgegaan
(33).
Het ongeval is hopelijk de allerlaatste in een lange reeks Air Memphis
incidenten.
Het in 1990 door Mike Kruger opgerichte MK Airlines
beleefde op 14 oktober 2004 zijn vierde crash. De Boeing 747, 9G-MKJ
(34),
zoals de hele MK-vloot geregistreerd in Ghana omwille van diens zeer lakse
regels, was in Luxemburg gestart aan een trip, die gepland was om zonder
onderbreking 20 uren in beslag te nemen. Het toestel werd in Windsor Locks,
Connecticut, VS, eerst bevracht met tuintractoren en landde in Halifax,
Canada, om er 53 ton kreeft op te laden. Tot juist voor het vertrek had de
vliegtuigcrew er reeds 12 uren “duty” op zitten en waren er aansluitend
nog eens 8 uren voorzien om naar Zaragoza in Spanje over te vliegen. Bij
de poging op te stijgen in Halifax kwam het toestel echter niet tijdig van
de grond, raakte een berm en crashte, waarbij de 7 bemanningsleden
omkwamen. Tijdens het onderzoek werd algauw duidelijk, dat het bij MK
Airlines niet ongewoon is, de crew tot onredelijk lange vliegperiodes te
verplichten met bijgevolg een overgroot risico voor piloten een fatale
fout te begaan. 9G-MKJ was als regelmatige bezoeker nog de dag voordien in
Oostende geland en terug opgestegen voor Luxemburg, van waaruit de fatale
tocht begon.
Op 19
maart 2005 crasht Boeing 707, 9G-IRL, in het Victoriameer, na bij
landing een rots te hebben geraakt. Het toestel vloog voor Ethiopian
Airlines en was geleast van Cargo Plus Aviation, inmiddels omgedoopt tot
Air Charter Express. Voorheen was hetzelfde toestel al twee maal in
zware problemen geraakt, toen het nog op Oostende vloog voor Tarom als
YR-ABC (zie hoger).
|